Van alle beestjes die ik tegenkom op Bonaire, is de schorpioen degene die, in de negatieve zin, de meeste reactie bij me oproept. Ik kan niet naar het beest kijken zonder geluid te maken of zonder op te springen. Een schorpioen zet me direct op scherp en levert altijd dezelfde gedachte op: hij moet weg. NU!
Door de schorpioen kwam ik er achter dat er beestjes zijn die ik het liefst dood wil maken, waar ik als een waanzinnige op wil stampen. Gelukkig voor de schorpioen, ben ik daar te laf voor. Elke keer als ik die neiging voel, hoor ik weer de mevrouw, die er eentje ontdekte onder de plant die ze verzette, zeggen: ‘hij wil je helemaal niet steken, hij steekt alleen maar als hij niet weg kan komen, ga gewoon aan de kant.” Zij ving het beestje liefdevol en zette hem ergens neer waar niemand was. Ze had een punt natuurlijk, het beest hoeft niet dood, ik kan hem of mezelf ook verplaatsen.
Van schorpioenen wordt gezegd dat ze nooit alleen komen. Ik weet niet of het echt zo is of een broodje Aap verhaal, maar iedereen die ik hier op het eiland over schorpioenen hoor, zegt het: ‘als je er eentje ziet, dan is er nog eentje in de buurt.’ Het is zo’n gegeven wat ik liever niet had willen weten. Ik zie namelijk altijd maar 1 schorpioen en die komt altijd tevoorschijn op een rottig moment; als ik net onder de douche gestapt ben bijvoorbeeld, of net op blote voeten met een volle blaas richting de wc loop, of het licht uit doe als ik mijn werkdag af wil sluiten.
Kak! Dan moet ik dus èn de moed verzamelen om nummer 1 te vangen en daarna ook nog op zoek naar nummer 2 (of misschien wel een hele familie). En dat allemaal vanwege het idee in mijn hoofd dat schorpioenen iets doen wat ik niet wil, namelijk steken. De kans dat ik gestoken word is helemaal niet zo groot. De schorpioen wil mij namelijk niet steken, die steekt alleen als hij op het verkeerde moment op de verkeerde plek is. De soort waar we op Bonaire te maken hebben is niet eens heel gevaarlijk. Het doet flink pijn, heb ik me laten vertellen en kon ik ook afleiden uit de ontmoeting die mijn hond met een schorpioen had. Maar als je niet echt heel allergisch bent, dan blijft het daarbij en heb je alleen een pijnlijke bult die na een week of twee weer weg is.
Ik heb geen idee of ik heel erg allergisch ben, ik ben nog nooit gestoken. Maar omdat ik op veel insectensteken wel wat overgevoelig reageer, zou het dus best kunnen dat ik tot die groep behoor en dan kun je maar beter het zekere voor het onzekere nemen, toch?
En dus ben ik altijd om me heen aan het kijken of er misschien een schorpioen in de buurt zit, heb ik teenslippers naast mijn bed staan om nooit op blote voeten in het donker te hoeven lopen, ligt mijn bril in de douche voor het geval ik er per ongeluk eentje spot en staat de lege yoghurtbeker en de gelamineerde kaart van Bonaire altijd op dezelfde plek. Ik ben voorbereid, zeg ik daarmee, ik kan deze situatie aan. Ik heb een oplossing.
De oplossing is de yoghurtbeker samen met de gelamineerde kaart. Dat is mijn favoriete ‘vang-gereedschap’. Een dier- en plantvriendelijke methode waarmee alles wat niet in huis hoort, naar buiten wordt verplaatst. Ik ben er goed in ook. Ik heb getraind op het trefzeker plaatsen van de beker, weet inmiddels welke kant van de gelamineerde kaart het makkelijkst schuift en dus sneller tussen de ondergrond en de beker geschoven kan worden. Hoe ik de beker met het kaartje op moet wippen zonder dat ‘mijn prooi’ kan ontsnappen en dat ik, voordat ik aan de procedure begin, even moet checken of de deur naar buiten wel open staat. Zit die dicht, dan heb ik extra handelingen nodig en kan het zijn dat mijn prooi er toch nog vandoor gaat en de hele procedure herhaald moet worden. Dat wil ik natuurlijk niet en daarom is de eerste stap na het signaleren van de prooi, het vrijmaken van de vluchtroute.
Op die manier vang ik schorpioenen, kakkerlakken, sprinkhanen en deze week ook nog een kikker, die naar binnen gewandeld was. De meeste beestjes overleven hun ontmoeting met de beker en vervolgen hun weg een paar meter verderop.
Ik kan mezelf op mijn borst kloppen en zeggen dat ik het goed opgelost heb, maar dat is natuurlijk onzin. Ik heb helemaal niks opgelost. Ik heb een oplossing bedacht voor een probleem wat geen probleem hoeft te zijn. De kans dat die schorpioen me steekt, wordt vooral groter als ik er op ga jagen, dus waarom heb ik geoefend in het trefzeker plaatsen van die beker?
De kans dat ie me steekt, is klein, dus waarom doe ik er zo panisch over? Waarom steek ik er zoveel tijd in? Waarom verplaats ik mezelf niet gewoon een stukje zodat het beest er langs kan?
Het is niet de schorpioen die het probleem is, het is mijn denken over die schorpioen en die manier van denken kost me meer dan dat ie me oplevert (tijd, energie en emotie). Ik ga echt niet rustiger slapen als ik die schorpioen gevangen heb, want het idee dat nummer 2 nog ergens rondloopt en nu misschien wel omhoog aan het klimmen is in de klamboe, zit nog steeds in mijn hoofd.
Jij zegt nu misschien, nou gelukkig heb ik daar geen last van want bij mij leven geen schorpioenen. Maar is dat waar? Staat de schorpioen niet voor iets, iemand of een situatie die je het liefst wilt vermijden, waar je oplossingen voor bedenkt waarmee je het hanteerbaar maakt voor jezelf, maar die het echte probleem niet oplost?
Hoe vaak laat je je leiden door situaties of gebeurtenissen die misschien kunnen gebeuren, reacties die je misschien gaat krijgen, obstakels die misschien hoger zijn dan je aan kunt? Best vaak toch? Verzekeringen maken daar vette winsten op, medicijn- en supplementmakers spelen daar handig op in en voor de media is het core-business.
Er is veel wat je vrezen kunt, veel waar je bang voor kunt zijn en ook veel waar je je door tegen kunt laten houden. Iedereen heeft zijn eigen schorpioenen, problemen die we groter maken dan ze hoeven te zijn, die zich vanzelf op kunnen lossen als we er anders tegenaan gaan kijken. Herken je jouw schorpioenen?
Helpt het om daar een ‘yoghurtbeker’ overheen te zetten? Gaat het daardoor weg of is het vooral tijdelijk verplaatst? Uit het zicht verdwenen en daarmee opgelost? Totdat het weer terugkomt en je er opnieuw tegenaan loopt?
Ik zie binnen mijn eigen expertise dagelijks ‘schorpioenen’ opduiken: kinderen die niet reageren zoals je dat wilt, collega’s die het raar vinden wat je doet, verhalen die niet uit de verf komen, poppen waar ruzie om gemaakt wordt, bijvoorbeeld. De oplossing, het kind negeren, pas iets met de pop doen als de collega uit zicht is, de activiteit afbreken of de pop zonder pardon weghalen, zijn dan de ‘yoghurtbekers.’ Ze bevrijden je even van je ongemak, maar leveren geen echte oplossing voor de situatie op. Daarvoor moet je anders naar de situatie gaan kijken.
Heb je daar behoefte aan? Stuur me dan even een mail, voor dit soort problemen heb ik echte oplossingen, geen yoghurtbekers. Dit is mijn mailadres: helen@helenmeurs.com
Tot een volgend blog.
Comments are closed.